Slippen in de modder
Het was nog vroeg in de morgen. We zaten opgepakt in een 4x4. Ik (Tineke) zat aan de raamkant en keek naar beneden. Daar was weliswaar geen diepe afgrond, maar toch zo’n 20 meter. De weg was smal en ondanks dat de zon vandaag wel tussen de wolken door kwam, had het de hele week hard geregend en de paden waren een en al modder. We moesten omhoog, steil omhoog, naar een hoogvlakte op 3000 km hoog. Daar wonen alleen herders met hun kuddes, geheel afgelegen, in de bergen van Lesotho. Ik voelde de auto opnieuw wegglijden, richting de rand, ik hield mijn adem in… Het was een prachtig gebied, maar ik zag er niets van omdat ik de afgrond in de gaten hield, niet dat dat hielp, maar ik kon niet anders…
Bij de grenspost stapten we uit en ik was vast besloten de rest van de weg te gaan lopen! Steef was er niet blij mee, maar nadat de gids hem had verzekerd dat het veilig was en er maar één pad naar boven liep zodat ik niet zou kunnen verdwalen heeft hij me laten gaan. Genieten was het!! Midden tussen de bergen, prachtige vogels, watervallen, door rivieren waden (en door de modder ;-( ) Wat een rust! Toegegeven: 9 km flink klimmen was een inspanning, maar ik had het niet graag willen missen.
Boven aangekomen zat iedereen aan de koffie: bij de hoogst gelegen pub van zuidelijk Afrika.
Maar daarna begon het avontuur pas echt: ’s middags ontmoetten we wat jeugd en mochten een Bijbelstudie voor ze houden. ’s Avonds hadden de herders hun kuddes in de kraal geleid en kwamen richting het gebouwtje waar we waren. Ruige mannen met dekens om, bivakmutsen op en stokken in hun handen. Het gebied ligt zo hoog dat het er altijd koud is. Deze herders leven heel simpel, er is geen water, geen elektriciteit, alleen een hutje van keien en een grasdak. Hun vuurtjes stoken ze van gedroogde mest, want hout is niet aanwezig.
Die avond mochten we ze vertellen over God, die de sterren heeft gemaakt (en wat zijn er daar veel te zien!! ) Steef heeft Psalm 23 gedeeld, zich er goed van bewust hoe voorzichtig hij dat moest brengen, omdat zij de herders zijn en wij daar slechts een waterig beeld van hebben. Daarnaast heeft hij ze mogen vertellen dat de geboorte van Gods Zoon het allereerst aan de herders werd aange- kondigd. Dat vonden ze mooi, dat zij, de ongeletterden, laagste van allen op Gods hart waren én zijn!
’s Avonds gingen we naar een klein huisje, waar we met olielampjes eerst ons bed moesten onderzoeken of er geen ongedierte vóór ons onder de dekens was gekropen… klein ongemakje voor een groot voorrecht om hier te mogen zijn en het hart van de Vader te mogen delen!!